Door op 21 maart 2016

“Agrarische Ondernemers”

De CDA-fractie gaf onlangs in een ingezonden stuk in deze krant haar opinie over de raadsvergadering van 1 maart j.l. Tijdens die vergadering werden door onze PvdA-fractie en de fractie van OOG vragen gesteld naar aanleiding van een verzoek om uitbreiding van het agrarisch bouwvlak vanwege de bouw van een nieuwe melkveestal op de locatie gelegen aan de Grensweg te Zieuwent.

De raad is aan zet

Onze woordvoerder tijdens dit debat (Peter Baks) begon zijn betoog met de opmerking dat de PvdA- fractie zich realiseert dat agrarische ondernemers hun bedrijf moeten kunnen blijven ontwikkelen om toekomstbestendig (bedrijfsomvang, milieueisen en dierenwelzijn) te kunnen werken en ook niet onbelangrijk, een inkomen te verwerven. In het bestemmingsplan buitengebied is vastgelegd, dat een agrariër zijn bouwblok met 50 % mag vergroten om zijn plannen te realiseren. Overschrijdt de uitbreiding van het bouwblok dit percentage dan dienen de plannen voorgelegd te worden aan de gemeenteraad. De ondernemer in kwestie wil zijn bouwkavel uitbreiden tot 2,0 ha, op basis van het bestemmingsplan was dit slechts toegestaan tot 1,8 ha. Dus is het logisch dat het plan in de gemeenteraad behandeld werd. Het is dan ook vreemd dat het CDA de suggestie wekt dat het (ik citeer): “met dank aan OOG en de PvdA weer eens over de wijze van landbouw gaat”.

Raad moet belangen afwegen

Als je dan de stukken bij de aanvraag leest om je te verdiepen in de achtergronden van het hoe en waarom vallen je een aantal zaken op en dan is het logisch dat je als volksvertegenwoordiger vragen gaat stellen. Zo blijkt het bouwblok eigenlijk een stuk groter te worden dan strikt genomen voor een nieuwe stal met het gewenste aantal koeien nodig is en is de keuze voor een stal van 100 meter lang ook niet logisch. Het lijkt mij dat de raadsleden van PvdA en OOG deden wat ze moesten doen, namelijk een goede ruimtelijke afweging maken of de uitbreiding vanuit het algemene belang van ruimtelijke ordening wel nodig en wenselijk is. Daarmee gaan ze niet op de stoel van de ondernemer zitten, maar verrichten ze hun wettelijke taak en lopen daar niet voor weg. Misschien was er tijdens de vergadering wel een raadslid dat de indruk wekte op de stoel van een agrariër te zitten, maar dat  gold niet voor de woordvoerders van PvdA en OOG..!

Discussie over toekomst landbouw

In het vervolg van het artikel worden de raadsleden Schmidt (OOG) en Baks (PvdA) vanwege hun vragen door het CDA ook nog even (het zal vast humoristisch bedoeld zijn) als een karikatuur weggezet (citaat): “De boertjes van PvdA en OOG…” en volgt ook nog een loze term als “terug naar de jaren 50”. Erg denigrerend en volgens ons een partij als het CDA onwaardig. Zo ga je niet om met collega –raadsleden in de media. Dit is geen goed begin van de noodzakelijke discussie over de toekomst van de landbouw die de raad binnenkort gaat starten. Ik ben blij dat de fracties van PvdA en OOG in ieder geval de noodzaak van die discussie wèl inzien en hiervoor het initiatief hebben genomen.

Richard Klein Tank

Fractievoorzitter PvdA Oost Gelre

Waar ben je naar op zoek?